Marokko 17-29 november - Reisverslag uit Isla de Lanzarote, Spanje van Jos en Majo Van Veen en Hendriks - WaarBenJij.nu Marokko 17-29 november - Reisverslag uit Isla de Lanzarote, Spanje van Jos en Majo Van Veen en Hendriks - WaarBenJij.nu

Marokko 17-29 november

Blijf op de hoogte en volg Jos en Majo

26 December 2014 | Spanje, Isla de Lanzarote

Gejaagd door de wind
Na ruim een week Sevilla vaart Jonathan de Guadalquivir weer af. In 2 dagen willen we Mohammedya in Marokko bereiken. Dat lukt op zich wel, maar de haven blijkt vol. Er wordt over een aantal dagen een flinke ZW wind voorspeld en – vooral- hoge golven. Juist daarom wilden we naar Muhammediya, want het is een leuke plaats, waar je wel een weekje wilt liggen. Nu begint het te spannen om voor die tijd een andere haven te bereiken. We besluiten weer te hijsen en een dag door te trekken naar Jorf Lasfar, waarvan de pilot uit 2004 zegt dat het een industriehaven is, maar dat hij ook jachten onderdak biedt. ’s-Nachts loopt Jonathan onder begeleiding van Port Control de haven binnen. Lange hoge kades voor zeeschepen. Na veel gesoebat midden in de nacht krijgen we een tijdelijke plaats naast twee sleepboten op voorwaarde dat we moven wanneer die moeten uitvaren. Om 7 uur ’s-morgens – Jos staat net te douchen – is ’t zo ver. We gooien los, doen een pirouette en maken weer vast; een uur later wanneer de sleepboot terugkomt doen we het dansje omgekeerd. Daarna is er een klus voor beide slepers, waardoor we niet meer aan de hoge wal kunnen klauteren .
Jorf Lasfar is een fosfaathaven. Overal ligt een laag fijn geelgroen stof en er ontsnapt doorlopend met luid gesis stoom uit pijpen. Er hangt een zure chemische lucht. Weldra zit ons dek onder het stof. Majo kan haar lenzen niet dragen en stapt over op haar bril. Een dragline stampt, met veel lawaai onze comfortzone penetrerend, rotsblokken in de kademuur achter ons. Het lijkt de hel voor onze zintuigen. Ook de katten blijven liever binnen.
Door de storm willen we niet uitvaren, maar we mogen wel iets verder op in de haven ankeren.
De geluiden krimpen nu tot een achtergrond ruis en we ademen wat vrijer, waardoor ons stressniveau zakt, maar deze situatie is nog steeds niet aangenaam. We besluiten te snel een nacht door te varen naar Agadir.
De koers is echter zuidwest, pal tegen de stevige wind in, die niet zoals voorspelt mee is en die ook nog sterker wordt. Er staat een flinke swell. Jos heeft niet veel trek, zodat Majo alleen luncht. Dan, terwijl Jos op het voordek een 2e rif in het grootzeil legt, breekt de zeeziekte door en Jos weet nog net kruipend op zijn knieën de railing aan lij te bereiken om overboord te braken. Handig die selftailers op de lieren, die kun je wanneer je even naar de railing moet los laten zonder dat het zeil naar beneden komt. Jos raakt niet van de kaart en kan het reven gewoon afmaken om daarna het roer weer te nemen. Maar ’s avonds hoeft Majo niet te koken!
Na een dag modderen tegen de wind in met kruisen en motorzeilen geven we op. We leveren 30 moeizaam bevochten mijlen weer in en vluchten voor de wind naar het noordoostelijk gelegen Safi, een commerciële en visserijhaven, waar ook wat jachten in pakjes blijken te liggen. Na 3 dagen besluiten de yachties met z’n allen, wanneer er op zee geen koppen meer staan uit te varen. Het had ons moeten waarschuwen dat de hele vissersvloot binnen blijft…..
De meeste jachten gaan naar Lanzarote (2 nachten), en een paar schepen, waaronder wij, willen naar Agadir in Marokko (1 nacht). De wind blijft die dag sterker dan voorspelt en na een onrustige nacht hoog aan de wind komen we de volgende morgen om 8.00 aan in Agadir. Het is bijna windstil en zonnig wanneer we aan een mooi, leeg ponton afmeren. Zo, dat hebben we gehad, eindelijk rust. Jos bakt eieren met spek om deze tocht in majeur af te ronden. Dan meldt de havenmeester dat er noodweer aankomt: een westenwind met 35 knopen, waar de haven geen verweer tegen heeft. De verwachte golven van 5,5 meter zullen recht de haven inkomen en caramboleren in een staande golfbeweging tegen de loodrechte wanden. Een veiliger haven zou naar boven wijkende wanden hebben, zodat de golven hun energie kwijtraken. Als we willen blijven moeten we ankeren in de haven op 2 ankers met de kont aan lange lijnen naar de wal en de storm uitrijden. Hij raadt ons aan zo’n 210 mijl te vluchten naar Arrecife aan de oostkant van Lanzarote, dat veiliger is voor de westenwind. Het besluit wordt snel genomen en 1,5 uur later varen we weer uit, racend naar Arrecife, waar we een dag later - voor het donker- ongeveer gelijk aankomen met Belgische vrienden met een cat die rechtstreeks uit Safi hiernaar toe zijn gekomen. Uitgeput staren we samen met hen voor ons uit, niet in staat tot meer gesprek dan het eindeloos herhalen van “poe poe!” De volgende dag wanneer we veilig aan de steiger liggen, raast de storm over ons heen.

2 Marokko’s
Er is een Marokko met moderne zeehavens zoals Jorf Lasfar met pilots (loodsen) en slepers, waar Port Control over de marifoon Engels spreekt. Aan wal is een internetcafe en een winkel die voor de internationale zeelieden een feelgood productrange verkoopt: veel sterke drank en chocola. Mensen in jeans en moderne jacks willen hun Engels op ons oefenen. Wanneer we in Safi (ook een haven met Port Control) van het haventerrein aflopen zijn we meteen in de medina, een doolhof van marktkraampjes en kleine winkeltjes en ateliertjes van 3 a 4 m2. Mensen in djellaba spreken Frans met ons. Het trottoir en de huizen zijn shabby, maar we scharrelen gezellig ons avondmaal bij elkaar. De visserijhaven is een wirwar van kleine sloepjes die met netten aan boeitjes of ‘s-nachts met licht vissen. Wanneer we ‘s-nachts vlak onder de kust varen zien we veel van die dwaallichtjes, die een feeëriek schouwspel bieden. Er zijn ook kleinere trawlers, die met 24 man worden gevaren. In de haven liggen de kleine en de grote schepen in twee grote kluwens aan elkaar vast.

We moeten in Safi ook diesel tanken, maar aan de haven is geen pomp. We vinden we een ‘regelaar’ met wie we een prijs afmaken voor 350 liter diesel. Hij ritselt overal jerrycans en gaat met Jos tanken in de stad. Sommige jerrycans blijken te lekken en worden provisorisch gerepareerd door het benzinestation. Allerlei mensen moeten aan onze deal verdienen. Onze regelaar moet aan de eigenaars van de jerrycans en aan de politie die de haven bewaakt ‘baksjisj’ geven en de pompbediende geeft hem weer 10 liter diesel buiten de teller om. Iedereen tevreden.
Maar dan staan er 13 jerrycans aan boord. Majo houdt een trechter tussen haar benen vast en Jos probeert de zware jerrycans voorzichtig in die trechter te gieten. Nadat Majo en de hele kuipvloer onder de diesel zitten suggereert een yachty te gaan hevelen. Jos zuigt aan een slang de diesel aan en hevelt zo naar de tank. In principe dan, want Jos leert pas na een mond vol diesel dat je niet moet zuigen maar de jerrycan moet opblazen, zodat de overdruk de hevel in gang zet.

Safi mafi(a)
In Safi liggen we opeens weer in een zeilersgemeenschap: in 2 pakjes tegen een visserschuit aan liggen al 8 boten als wij opduiken. Daarna volgen er nog 3 en wordt het een hechte kolonie, die elkaar helpt, gereedschap leent, veel borrelt, op elkaars kinderen past en gezamenlijk besluit wanneer we weer uitvaren. Even voorstellen:
Sahula, een schip dat net als wij door de storm omdraait naar Safi. David, een krasse Australische knar, die sinds zijn pensioen singlehanded vaart via de Rode Zee, de Zwarte Zee, de Donau en de Rijn zelfs naar de Lofoten. Hij is politiek geïnteresseerd en de gesprekken met hem gaan makkelijk de diepte in. Niet zo gek misschien, aangezien hij hoogleraar natuurbeschermingsrecht is geweest en zich heeft ingezet voor het Great Barrier Reef. David, die alleen Engels spreekt, is via de Carieb weer op weg naar huis. Op Gran Canaria krijgt hij via via een nieuw bemanningslid voor de oversteek, de Duitse student Tobias, die nog nooit gezeild heeft, maar wel kan koken. Hij lijkt een puppy die de oude hond David ontdooit. In ieder geval eet hij de komende dagen op de crossing weer goed.
Timaru, waarop een Japans echtpaar na zíjn pensioen de wereld rond trekt. Haar zie je haast nooit, en in gezelschap blijft ze op de achtergrond. Hij is voorkomend en spreekt goed Engels, maar mengt zich ook niet. Ze hebben de flappen van hun kuiptent meestal dicht en bevinden zich aan de buitenkant van het sociogram.
Aan boord van de Maya leven de talenwonders van de kolonie: Zwitser Herbert en zijn Tunesische vrouw Asma spreken met hun 2 kleine zoontjes Frans en Schwitzerdütsch, Engels met de kolonie, Arabisch met de officials en Herbert oefent z’n Nederlands met ons en de Belgen. Hij is nog steeds actief in de ICT en ontwikkelt met een team in India app’s. Asma lijkt even niets meer te doen met haar HTS opleiding, maar zorgt wel dat de kolonie goede vriendjes blijft met de officials en de vissers die achter ons liggen. Ze zijn het extroverte sociale middelpunt van de kolonie. Iedereen schuift aan wanneer Asma couscous kookt.
De Belgen Gi, Lien en zoon Nathan, die met hun catamaran Lazuli in Griekenland charterden hopen nu de klanten naar de Carieb te lokken. Open fijne mensen en erg knuffelig. Wij genieten van hun sappig Vlaams, zij vinden ons Hollands grappig (!). Als ze binnenlopen zijn ze doodop: van Valencia in Spanje zijn ze nu al 5 dagen bezig met wind tegen naar de Canaries te komen. Gi begon ‘s nachts een beetje vreemde dingen te zien: er moest dringend geslapen worden.
De Equator is Hongaars en vervoert net als de Maya een echtpaar met jonge kinderen. De boot wordt een deel van het jaar gebruikt voor een sponsortocht , maar buiten het seizoen mag hij er mee trekken. Hij spreekt redelijk Engels, zij wat minder, de kinderen lijken geen taalprobleem te hebben met het tweetal van de Maya.
Fransman Matthieu, die single-handed met een kleine gele boot vaart ligt aan de binnenkant. Zijn boot wordt zo ongeveer gekraakt door de zwaardere boten die hij naast zich heeft gekregen. Matthieu is beweeglijk en heeft vaak muziek aan. Na 9 uur ’s avonds begint hij, duidelijk aangeschoten, militaristische Duitsers te imiteren (niet in deze kolonie). Het Franse bootje naast hem is nog kleiner en dat ligt helemaal aan de binnenkant tegen het visserschip. Iedereen moet dus bij hen over dek. Logisch dat het jonge stelletje probeert overdag niet te veel aan boord te zijn. Ze hebben zich ontfermd over een lokaal kitten dat alle boten verkent. Jasper en Misha volgen haar kritisch, blazen een enkele keer, maar houden zich aan de katten-etiquette: aardig zijn voor kittens. Herbert- bij wie het kitten voortdurend opduikt en die bang is dat zijn kinderen het kitten willen houden- is wat duidelijker, maar het beestje houdt vol en Herbert moet de Fransen vragen het poesje op hun eigen boot te houden.
Het echt Duitse deel van de kolonie bestaat uit de Rio Kaya en de Margot. Beide boten worden door een echtpaar gezeild en allebei zijn ze ook onderweg naar de Carieb. Sam van de Margot, die alleen Duits spreekt (!), leert ons hoe we diesel uit jerrycans kunnen hevelen (en na 350 liter kan Jos het echt) en brengt zelfs de volgende ochtend een hevel die hij voor ons gemaakt heeft. Hans van de Rio Kaya, Zwitser, spreekt alle talen.
Het havenkantoor heeft van ieders bootpapieren ingenomen en de politie alle paspoorten. Die willen ze pas een uur voor vertrek teruggeven, een ongemakkelijk gevoel. We zeggen dat we ’s-morgens vroeg om 4 uur willen uitvaren en kunnen de politie, die erg halsstarrig is, zover krijgen dat ze de avond ervoor om 11 uur de paspoorten teruggeven. De Safimafi mannen drommen ’s-avonds in een sinister groepje bijeen op het verlaten haventerrein wachtend op de politie. Het regent zacht en er is niemand te bekennen. Veel cynische humor over bureaucratie en politie, maar wanneer de auto van de Sureté de paspoorten komt teruggeven is iedereen beleefd en gedwee, behalve Matthieu, die we moeten bepraten om zijn cynische opmerkingen voor zich te houden.
Wanneer wij in Lanzarote opduiken wordt er direct weer gegeten en geborreld, en later in de week als we weer bijna compleet zijn (Timaru is al weer uitgevaren en de Equator is door een gebroken giek gedwongen in Agadir te blijven) wordt er uitgebreid gegeten. De Safi Mafiosi zijn de laatsten die het restaurant uitgaan!

  • 26 December 2014 - 14:41

    Frans:

    Ik heb zojuist mijn nw jaars wens naar Alamut gestuurd. Behouden vaart.
    Waar zitten jullie nu?

  • 26 December 2014 - 15:03

    Henri:

    Mijn beeld van het met oostelijke winden naar Marokko en de Canarische eilanden varen met een zonnedak tegen het verbranden is met jullie verslag wel totaal gewijzigd. Wat een bizarre en spannende avonturen om uiteindelijk te komen waar je wilde. Ongekend wat jullie er allemaal voor over hebben om deze belevenis volle reis te maken. Mij komt het voor dat deze reis pas echt leuk wordt als je weer terug bent of tussentijds dan misschien als je weer bijkomt van een stormachtige tocht in de ochtendzon met ei en spek. Petje af hoor voor jullie ondernemingslust en goede vaart tijdens deze kerstdagen en alvast een goede jaarwisseling toegewenst, op de evenaar misschien?!

  • 26 December 2014 - 21:16

    Carla:

    Op Tweede Kerstdag met allerlei lekkers en vertrouwde muziek op de radio - Top2000 - lees ik jullie verslag en voel me zeer burgerlijk. De verhalen over stormen en zeeziekte maken niet jaloers, die over het bonte gezelschap in de havens weer wel. Ik vind jullie dapper! Liefs, Carla

  • 27 December 2014 - 12:10

    Siny:

    oei oei wat een avonturen. Doodeng, ik zou niet durven. Ik bewonder jullie enorm. Die verhalen over het botengezelschap lijkt me ook wel wat, maar die storm brrr. Jullie hebben het weer overleefd, gelukkig.
    En nu weer op naar Marokko? Jullie kunnen deze verhalen wel in boekvorm gaan uitgeven, de schrijfstijl is heeel leuk. Mijn complimenten.
    Lieverds, doe voorzichtig en schrijf maar vaak dan weet ik in ieder geval dat je het weer overleefd hebt.
    dikke kus en een 2015 gewenst met veel avonturen en veel verhalen.

  • 27 December 2014 - 13:22

    Ronald Van Tol:

    Dag Majo en Jos,

    Wat een spannend verslag zeg. in één adem uitgelezen. het is in meer opzicbten zeilen. strak zetten, doorzetten en dan weer wat laten vieren. soms overstag en soms scherp. Het lijkt me allemaal een geweldige ervaring.
    Veel plezier en power gewenst
    Ronald

  • 28 December 2014 - 21:46

    Juliette & Robert Jan Everts:

    Hi Jos en Majo !
    Allereerst wat heerlijk dat we jullie verhalen zo mee mogen beleven. Heerlijk om te lezen! Pittige tocht hoor!! Zo te horen trek je het fysiek behoorlijk goed Majo, ben trots op je!!
    Wij wensen jullie een mooie jaarwisseling en heel veel goeds voor 2015 !
    X Roberts Jan en Juliette Everts

  • 02 Januari 2015 - 11:32

    Jan-Willem:

    Hallo Jos en Majo,
    Toch heel wat anders dan thuis onder de kerstboom en af en toe je boot checken (in winterslaap in de haven van Numansdorp)! Leuk om mee te beleven via de verhalen.
    Ook voor het nieuwe jaar behouden vaart en veel memorabele momenten gewenst!
    Groet,
    Jan-Willem

  • 05 Januari 2015 - 00:11

    Niels:

    Hallo Jos en Majo! Wat een geweldig reisverslag weer. Wat een avontuur en belevenis met vooral het ontmoeten van zovele diverse culturen en persoonlijkheden. Kijk nu al weer uit naar het volgende verslag! Doe voorzichtig en voor 2015 al het moois en goeds!

    Niels.

  • 06 Januari 2015 - 14:49

    Annemarie Zunderdorp:

    Ha Majo en Jos,

    De allerbeste wensen voor 2015. En dat betekent volgens mij voor jullie: niet te veel stormen en veel leuke "boot"-buren.

    Zet hem op!
    Hartelijke groet,
    Annemarie

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Jos en Majo

Actief sinds 01 Juli 2008
Verslag gelezen: 808
Totaal aantal bezoekers 114352

Voorgaande reizen:

31 Juli 2008 - 17 Augustus 2009

Mijn eerste reis

19 Juli 2014 - 30 November -0001

De wereld om!

Landen bezocht: