36 Grenada tot Antigua 25 mrt - 18 mei 2018 - Reisverslag uit Antigua, Antigua van Jos en Majo Van Veen en Hendriks - WaarBenJij.nu 36 Grenada tot Antigua 25 mrt - 18 mei 2018 - Reisverslag uit Antigua, Antigua van Jos en Majo Van Veen en Hendriks - WaarBenJij.nu

36 Grenada tot Antigua 25 mrt - 18 mei 2018

Door: Jos en Majo

Blijf op de hoogte en volg Jos en Majo

18 Mei 2018 | Antigua, Antigua

ONDERDUIKEN
Een sentimental journey als afscheid, onze laatste trip in de Carieb. Terug naar plaatsen die we nog graag eens willen bezoeken. Genieten op het mooie Grenada met zijn ankerbaaien en heerlijke bevolking. We maken ons op om daarna langzaam weer naar het noorden te trekken naar Antigua. Onze laatste stop op Grenada is Molinière Point. Een kunstenaar heeft daar onder water een groep beelden van schoolkinderen neergezet die hand in hand in een kring staan, ruggen naar elkaar. We snorkelen naar de groep die zo’n 4 meter onder de oppervlakte staat en worden getroffen door de stille kracht die van hen uitgaat in het blauwige licht (zie foto uit de pilot).

SAINT VINCENT
Tyrrel Bay op Cariacou. Voor ons een bekend eiland, een liefde van Majo. De baai is nieuw: overtreffende trap van limen! De Lazy Turtle, een restaurant aan het strand, heeft een grote aantrekkingskracht op ons. We eten er lion fish, een exotische indringer met wijd uitstaande vinnen die op veren lijken. Ze verdringen de locale vissen en daarom worden alle duikers gevraagd ze te jagen. De uitdaging is de 23 giftige stekels bij het schoonmaken te vermijden, werk voor de vakman. We dragen ons steentje bij aan de jacht, maar dan in het restaurant. Ze zijn lekker!

We checken in op St Vincent in de drukke Clifton Bay op Union Island op de luchthaven, 5 min lopen van de stadje. Het is de avond voor Goede Vrijdag; iedereen heeft vrij. De hoofdstraat lijkt te golven door de zware bastonen van de keiharde muziek die uit de kroegen stuitert. Daarom gaan we niet makkelijk in zo’n kroeg met localezwarte mensen iets drinken. Wij haasten ons naar Jonathan en gaan in de prachtige stillere Chatham Bay aan de westkant voor anker.
Jos heeft daar nog een klusje, want de plamuur net boven de waterlijn onder de geveegde kont vertoont een barst. Omdat hij daar vanuit de dinghy niet bij kan repareert hij al zwemmend vanuit het water: eerst plamuur, dan schuren en daarna (grond)verf. Als hij uit het water klimt blijkt hij ook zichzelf bijgeschilderd te hebben.

St Vincent bestaat uit een hoofdeiland in het Noorden, een groot eiland (Bequia) en de Grenadines. Union is het zuidelijkste. De eilandjes van deze groep liggen te dicht bij elkaar om te zeilen. Jonathan wordt een rondvaartboot: Tobago Cays, Glossy Bay op Mayreau, lunch voor Petit Saint Vincent, Charlestown op Canouan. Zeilend op weg naar Bequia (zeg Bèkwee) balanceert een brown booby op onze preekstoel (foto); hij vliegt steeds weg, duikt naar vis en komt dan toch weer terug naar zijn preekstoel. De katten maffen gewoon door. ’s Avonds lopen we de baai van Bequia binnen, waaraan we goede herinneringen hebben. Maar het is Easter Regatta en de kroegen produceren zoveel penetrante reggae dat we zo ver mogelijk van de kust ankeren. De bassen hoorden we al 3 mijl ver op zee! De volgende morgen, de feestvierders slapen hun roes nog uit, lopen we langs het meanderende kustpad met zijn overschaduwde terrassen. De locale mensen zijn voor Pasen fraai uitgedost. De zwarte vrouwen, ook de meest omvangrijke, tonen zich schaamteloos in doorkijkkleding en hebben paashaasoren op (decente foto). Voor het lawaai weer losbarst smeren we ‘m naar Petit Byahaut op St Vincent, waar we het baaitje voor onszelf hebben. Majo snorkelt dapper tussen de kwallen naar het mooie jonge koraal, Jos bedankt, hoewel de kwallen volgens Majo écht niet steken.
We klaren uit in het Noorden, de mooie baai bij Chateaubelair. Vroeger durfden we het hoofdeiland St Vincent niet aan te doen wegens de criminaliteit, maar de economie is verbeterd (zeker na de Irma en Maria: Vincent is nu de grote fruitleverancier) en de drugscriminaliteit is onder controle. ’s Morgens vroeg dingyen we naar de douane waar een paar zwarte mannen lusteoos rond het strand hangen van dit eenvoudige dorpje. Het strand is zwart door de vulkaan, hetgeen de naargeestige sfeer nog versterkt. Eén van de mannen biedt aan op de dinghy te passen. Dat voelt niet lekker: wordt hij anders gestolen of gaat die man dat zelf doen als we ’m niet huren? Majo besluit zelf bij de dinghy te wachten tot Jos met de stempels terugkomt. Volgens de douanier, die op het punt staat te vertrekken voor een vergadering, boffen we want anders kunnen we het land niet uit. Immigration blijkt al weg, zodat we zonder stempel in ons paspoort vertrekken.

SAINT LUCY
We smeren hem naar St Lucy. Het stuk zee ertussen is berucht om wind met venturi-effect. We steken twee reven en niet voor niets. We doen de 26 mijl in 2,5 uur, gemiddeld boven de 10 knoop!
St Lucy is beroemd om twee vulkaankegels aan de zuidkust, Les Pitons. Plan is ertussen te ankeren, maar ze houden de wolken vast en geven zoveel schaduw, dat we toch maar elders een mooring nemen (het is te diep om te ankeren) aan de noordkant van de Petit Piton en gaan passagieren in Souffrière, een grijs maar vriendelijk Caribisch dorpje met internetcafé.
We hadden ons erg verheugd op de prachtige Marigot Bay halverwege het eiland, maar die is in de 10 jaar sinds ons eerste bezoek erg toeristisch geworden. Nog voor we een boei kunnen oppikken razen de sightseeënde toeristencatamarans met harde muziek en veel volk de haven in en uit. We draaien om en lopen een paar uur later - net voor donker - Rodney Bay binnen waar we ankeren voor een rustig strandje. De volgende dag komt dezelfde parlevinker als 10 jaar geleden aan onze achterspiegel groente verkopeneer met een met palmtakken versierd bootje.

Onze grootzeilvallier is geleidelijk zwaarder gaan lopen waardoor Jos steeds smeer spierballerij moet vertonen. In Chateaubelair probeert Jos hem te servicen, maar de centrale schacht zit vastgekoekt. Hier in Rodney is meer bedrijvigheid zoals de metaalwerkplaats van ‘China Man’. Caraïbiërs tooien zich graag met dit soort zelfgekozen bijnamen, zoals ‘Shade Man’ die op Grenada een bustaxi heeft en ‘Tall Man’, een duiker op Cainouan.
China Man heeft een wrakkig ogende pers die toch een paar duizend kilo druk kan uitoefenen (foto). De lier besluit toe te geven en laat de schacht los (€30). Na de grondige schoonmaakbeurt aan boord wil de schacht nu niet meer in de lier. China Man slijpt daarna de schacht bij, die door pogingen van onze ‘Spierballenman’ (Jos) hem los te slaan, wat is uitgezet (weer €30). Aan boord lijkt alles te passen tot ... het bronzen spietje dat al wat beschadigd was ook niet meer in de lier wil; het zal nog tot Antigua duren voordat de lier weer werkt.

MARTINIQUE
De voorbereidingen voor de oversteek naar de Azoren en het voorafgaande verblijf op Antigua beginnen: Martinique is de beste plaats in het Caraibisch gebied om te bevoorraden: supermarkt met eigen dinghy dock. We winkelen naar hartenlust, vooral bij de Leaderprice, en houden decadent een proeverij om te kunnen besluiten wat we gaan inslaan: waters met prik en witte en rode wijnen, natuurlijk begeleid door heerlijke spijzen. Ineens zien we Walter en Marie-Lou van de Windsong die hier ook zijn komen ankeren. Feest met het laatste flesje korenwijn dat we uit Nederland hebben meegenomen en witte rook, omdat ze voor Jos uit Sint Maarten een paar dozen sigaren hebben meegenomen; die arme, ongewild frisse ziel zit al een maand zonder.
De volgende dag vertrekken we: beladen met wijn, kaas en mineraalwater naar Fort de France, de mooie hoofdstad. Ankeren aan de voet van het oude fort en slenteren door de stad. 9 april, Jos’ verjaardag vieren we met een lunch op het balkon van l’Imperatrice met prachtig uitzicht: even genotteren voor we door gaan. Maar onder al deze luchtigheid zit een gevoel van spijt dat het de laatste keer is voordat we oversteken.

DOMINICA
Dominica is zwaar getroffen door Maria, de 2e super orkaan van afgelopen seizoen. Dat is nog steeds te zien: een restaurant waarvan alleen de vitrinekast nog staat (foto), huizen die blauwe dekzeilen als dak hebben (het regent/hoost op dit eiland dagelijks). Nog overal bergen troep, kleine stillevens van menselijk drama: een fisher price telefoon ligt ingeklemd tussen wat kleren en kapotte golfplaten. Eén op de 2 vrachtwagens vervoert bouwmaterialen (gouden business, ondanks de hulpgoederen), bij 1 op de 4 huizen wordt geklust. Sommige mensen wonen nog in de iglo-tent van de VN-hulporganisatie. Maar de bevolking slaat zich er door heen: de toerististische hoogtepunten zijn weer toegankelijk, er heerst een ‘schouders eronder’ stemming. We nemen een mooring in het noordelijke Portsmouth. De plek waar de boat boys zijn gaan samenwerken en die nu al weer goed draait. Ook zij tooien zich met mooie namen, zoals ‘Lawrence of Arabia’. We worden minstens 3 keer welkom geheten door ‘Providence’, die ons aan een goede mooring legt. De dag erop krijgen we zelfs een bos bloemen! Ontzettend schattig, maar zie ze maar eens rechtop te houden bij het zeilen. Ook in het stadje worden we bij voortduring welkom geheten; soms vertellen mensen hun verhaal, maar altijd vragen ze of we tegen andere toeristen willen zeggen dat ze kunnen komen. De bootjesmensen komen het makkelijkst weer, de vliegtuig toeristen zijn afwachtender. We horen dat Tui zelfs niet meer op St Maarten vliegt!
Een van de dagen gaan we wandelen, niets georganiseerds, gewoon wat tips van Providence. Het is een verlengde van de wandeling die we vorig jaar door het regenwoud maakten. Toen onder een dak van bladeren, in de schaduw, zo dicht dat we nauwelijks merkten dat het regende. Nu klimmen we door een open landschap in de zon, tussen bloeiende struiken en geurende kruiden: de onderbegroeiing profiteert van al het licht. Regenwoud komen we niet tegen; wel wilde passievruchten (vleermuizen en papagaaien zijn er gek op) en kolibries, die op de bloemen afkomen. Providence vertelt dat de eerste inheemse papagaaien, die in de Dominicaanse vlag zijn afgebeeld en na de orkaan naar St Lucy vlogen, weer terug zijn.

GUADELOUPE
Zonder in te klaren blijven we hier om te snorkelen bij Pigeon Island, de vroegere basis van Jean Cousteau, en de voorraad kaas nog wat aan te vullen. Meer Frans dan Caraibisch doen ze hier niet moeilijk als je je niet direct meldt bij de officials. Of beter gezegd: als je niet direct in een cafe of winkel zelf via een speciaal computerprogramma inklaart. De officials bezoek je op de Franse eilanden niet, die doen andere dingen. Fraai gesnorkeld, goed stokbrood, maar geen kattenbakgrid is de luchtige samenvatting van deze 2 dagen.

ANTIGUA
Niet inklaren is niet verstandig op Antigua: boetes tot $5000. Dus gaat de kapitein (Jos) keurig alleen naar het kantoortje op Nelsons Dockyard. Dezelfde dame waar hij de vorige keer de katten meldde zegt deze keer dat een vaste regel is dat zij door een dierenarts gekeurd moeten worden: om 16.00 terugkomen met de katten. ~!@#$%^&*!!. Jasper en Misha vinden het maar niets: eerst in tuigjes, dan in het hok, een kwartiertje in de dinghy (ze haten het geluid van de buitenboordmoter) en dan nog een kwartiertje op een steekkarretje naar de Dockyard. In hun ogen het beste deel van de trip: vol belangstelling nemen ze de omgeving op. Dé mevrouw vindt het niet goed dat ze binnen wachten: ze zouden eens iets besmettelijks kunnen hebben.... De dierenarts bekijkt de paspoorten, kijkt door het deurtje naar onze katten, maar haalt ze er niet uit, incasseert $ 30 en stempelt de papieren: onze katten zijn officieel ingeklaard. De reis terug in de bijboot is voor de wind en gaat tot genoegen van de heren stukken sneller. Hun wraak komt later.

CLASSIC REGATTA
De Antigua Yacht Club organiseert deze regatta vanuit de clubgebouwen en marina in Falmouth Harbour. We liggen temidden van al die mooie houten beauties gemeerd met de kont naar de wal en voelen ons het lelijke eendje dat temidden van andere zwanen ontdekt dat hij ook een zwaan is. Bezitters van plastic boten kijken vaak meewarig als ze Jos een maand per jaar zien vernissen en schuren (dit jaar zelfs nog een maand extra voor de binnenkant). We hebben de zonnecellen, de bimini, de spatschermen en de persennings van de koekoeks en de voorste doghouse eraf gehaald en Jonathan ligt hier te stralen onder de bewonderende ogen van het langslopende publiek en de keurende blikken van de jurie van het Concours d’Elegance. Wat een heerlijk gevoel als Jos’s-avonds breed grijnzend op het podium geroepen wordt en de 1e prijs voor privé onderhouden klassieke jachten in ontvangst mag nemen.

We varen dit jaar met Belgische en Nederlandse vrienden van onderweg: Walter en Marie-Lou van de Windsong, René en Angelique van de Pimentao en Leo van de Evy. Na een oefendag worden de rollen aan boord verdeeld, net als de zorg voor de inwendige mens: er moeten wel lunchpakketjes zijn.
Naaste concurrent is de 52’ S&S yawl Mah Jong uit 1967, die net volledig prachtig is gerestaureerd en die de 1e prijs voor professioneel onderhouden klassieke jachten krijgt. Hij wordt gestuurd door de 26-jarige Alex, die als timmerman op Martha’s Vineyard aan de restauratie gewerkt heeft en nu schipper is. Jonathan komt met z’n 60’ in de vier races als 1e over de finish, maar Mah Jong wordt 1e op handicap. Iedereen blij. Steeds bij de start hebben we een fantastisch gevecht en wanneer zij op een ruim rak een aap zetten (het rode zeil op de foto), wordt het echt leuk. Zeker als ze toch niet langs ons komen. Onder ons langs geeft ze te veel vuile wind en bovenlangs stort de aap in wanneer Jos iets loeft. We liggen zo dicht bij elkaar dat Alex vraagt of we een koud biertje kunnen overgooien! Vooral in de kruisrakken loopt Jonathan snel uit. Ons beste resultaat is 3,5 minuut tekort in gekorrigeerde tijd op 2 uur en 45 minuten. Niet gek als je bedenkt dat we ons hele huishouden meeslepen en dat de zeilen 8 en 10 jaar oud zijn. Photoaction.com maakt vanuit een helicopter en een dinghy die voor ons op het laatste moment wegschiet fantastische foto’s.

Er zijn leuke bands en een rumproeverij. Typisch Engels is de high tea on the lawn, waarbij Engelse dames met lange jurken en hoeden vol bloemen thee schenken en scones, sandwiches en zelfgebakken taart presenteren. Er zijn ondertussen wedstrijden in houten sloepjes: roeien, zeilen en sculling (wrikken met een riem). Bij de Parade of Sail worden wij, terwijl we langs aan het pubiek varen, door een speaker aan het pubiek gepresenteerd. Jonathan staat bekend als de kattenboot en wij hebben ons gehuld in witte shirts met een kattenkop voorop (ontworpen en getekend door Angelique). We staan dan op een rij en wanneer de speaker afrondt draaien we ons om en tonen de kattenstaarten op onze rug en draaien onze kontjes. Het publiek juicht.

EN DAT IS 12!
Na de laatste racedag mogen we nog 2 dagen gratis liggen op de historische Dockyard. We liggen nog geen uur of Misha zit al – aangelijnd – op de kade. Ingeklaard, nietwaar? Hij laat zich eerst uitgebreid bewonderen en aanhalen. Daarna zijn de krabben in het water veel interessanter. Nog voor we aan de borrel kunnen, is hij al te ver voorover gebogen: hij valt in het water, maar wordt er direct omhoog getrokken door de op de kant borrelende buren en blijkt alleen maar een nat pootje te hebben. Meevaller, dat telt niet. Maar we zijn gewaarschuwd. Wij wel, hij niet blijkt bij de koffie. Hij zit aangelijnd met een rood fietslichtje aan omdat het donker geworden is. Ineens een plons en Jos ziet het fietslichtje zwemmen. Deze keer moeten we hem uitwringen op het achterdek en onder de douche zetten. De rest van de avond blijft hij aan boord: de 12e keer te water!
De laatste avond maken we ons belachelijk door met beide katten aan een lijntje te wandelen op het grasveld. Ze genieten. Zelfs Jasper. De volgende ochtend wordt Majo wakker om half 6 en ziet de deur naar buiten open: Misha is er vandoor. Gelukkig is het nog heel rustig en regent het zacht. De nachtportier van het hotel verderop meldt dat hij ‘m gezien heeft vlak bij de boot, op het gazon. Tegen half 7 heeft Misha voldoende verkend en na een tergend ‘pak-me-dan-als-je-kan’ onder geparkeerde auto’s zit hij om een uur of 7 aan de brokjes. Moraal van dit verhaal: klaar je katten nooit in en ga er vooral nooit mee wandelen (maar doe de buitendeur op slot).

Ons afscheid van de Dockyard wordt ingeluid door een optochtje met trommelaars, steltlopers en carnavalskostuums voor het begin van de Antugua Sailing Week. Moderne schepen die geen duimbreed toegeven, getuige de aanvaringen.Tijd voor ons om te richten op andere horizonten.

OVERSTEKEN
Tijdens onze afscheidstrip hebben we ons niet al te druk gemaakt over de oversteek naar de Azoren. We vragen ons soms af of het slim is terug te gaan. Het leven is hier best easy en het klimaat lekker. Maar toch, Jonathan voelt zich lekkerder in een gematigder klimaat en wij willen wel weer eens wat anders en dichter bij familie en vrienden zijn. En de Azoren zijn ontzettend mooi. Samen met onze vrienden van de Windsong, die dit jaar vanaf St Maarten oversteken en al veel langer met de voorbereidingen bezig zijn, wordt de strategie doorgesproken. We ontdekken dat we beter van Antigua kunnen vertrekken omdat dat oostelijker ligt dan St Maarten. Opeens hebben we een dag of wat speling. Maar de laatste inkopen op St Maarten (zeer grote Leclerq) missen we ook. Even schakelen.

Voor de route zijn er twee uitersten. 1 in een rechte lijn. Dat is met 2075 mijl het kortst, maar dan zit je het langst in de zone met weinig of geen wind waar ook het Azoren hoog toe behoort. Dan moet je erg veel diesel hebben; wij hebben maar voor 100 uur. 2 Tot Bermuda met een oostenwind naar het noorden (of zelfs daar binnenlopen) en daarna met een westenwind naar het oosten, samen 2600 mijl. Dat is een omweg (eventueel met Bermudastop) en daar zijn vaak noordelijke stormen.
We willen een compromisboog maken van ca 2400 mijl: op oostenwinden NE varen tot ca 300 mijl ten zuiden van de breedte van Bermuda, door een kleine windstilte motoren tot de westenwinden beginnen en dan naar de Azoren. Wanneer de wind te hard is ga je iets zuidelijker varen, wanneer windstilte dreigt ga je weer noordelijker. Via de korte golf radio kun je weerberichten binnenhalen. Wij nemen ook routeerder Fritz Buijl in de arm, die ons ook van de Kaap Verden naar Guyana heeft begeleid. Nadat we ’s avonds onze positie doorgeven krijgen we ’s morgens een weerbericht en advieskoers. Simpel nietwaar, maar we zien er toch behoorlijk tegenop. Statistisch zijn er bij elke oversteek naar het oosten twee dagen met 40 à 50 knopen wind.
We denken zaterdag 18 te vertrekken en rekenen met 3 weken, maar het kan makkelijk een weekje langer worden. Broer Hans van Veen, die we via Sailmail op de hoogte houden, is contactpersoon voor wie ongerust wordt (hansvanveen2000@gmail.com).

OP BEZOEK KOMEN OF MEEVAREN
We willen van eind juni tot in augustus op de Azoren blijven. Daarna naar Zuid-Europa.

ONS BEREIKEN
Gaat het makkelijkst via onze email josvanveen66@gmail.com of hendriksmajo@gmail.com, sms-en of WAppen. In Nederland bellen: Majo: + 31 655712122. Jos: +31 654201071

  • 19 Mei 2018 - 16:32

    Niels Van Dongen:

    Jos en Majo. Prachtig verslag weer! Jammer dat jullie Caribbean gaan verlaten. Hele goede reis naar de Azoren.

  • 19 Mei 2018 - 20:00

    Arie Oosterlee :

    Bedankt voor deze fantastische meivakantie, waarbij ik op twee plaatsen tegelijk kan zijn: bij jullie in een sprankelend caraibisch gebied en ook op de bank in Utrecht! Bedankt voor het in gedachten met jullie meevaren. Gr Arie

  • 23 Mei 2018 - 06:18

    Marieke:

    Wat heerlijk om over al de bekende plekken te lezen! De Lazy Turtle was een van onze favoriete plekken. Een hele goede reis naar de Azoren. Grt. Marieke

  • 23 Mei 2018 - 14:34

    Jan-Willem Van Stijn:

    Blijft genieten van jullie avonturen! Toch anders dan het Haringvliet ;-)).
    Veilige overtocht gewenst: Bon vent!

  • 28 Mei 2018 - 14:17

    Siny En Benn:

    Hebben weer genoten van de prachtige verhalen. Kunnen ons voorstellen dat je met wat weemoed afscheid neemt van deze bijzondere tocht. Nu op naar de Azoren. Wat een trip. Sterkte met de oversteek. We duimen voor mooi weer. liefs van ons tweetjes.

  • 30 Mei 2018 - 14:11

    Ingeborg :

    Weer een prachtig verslag.
    Goede oversteek!

  • 30 Juni 2018 - 10:29

    Henri Van Gelder:

    Dag Majo en Jos,

    Steeds weer boeiend en verrassend jullie indringende verslagen te lezen. Hoe langer jullie weg zijn hoe minder ik me kan voorstellen dat je aan de wal nog kunt aarden. Ik was afgelopen donderdag in Scheveningen bij de Volvo Ocean Race. Geweldige ervaring die racemonster te zien strijden met elkaar en deze keer won Team Brunel weer overtuigend. Ik betrapte me erop weer ineens zin in zeilen te krijgen terwijl ik druk bezig ben onze zeilboot op te knappen voor de verkoop. Gemengde gevoelens dus. Goede vaart verder en tot ziens.

    Henri

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Jos en Majo

Actief sinds 01 Juli 2008
Verslag gelezen: 1497
Totaal aantal bezoekers 117449

Voorgaande reizen:

31 Juli 2008 - 17 Augustus 2009

Mijn eerste reis

19 Juli 2014 - 30 November -0001

De wereld om!

Landen bezocht: