37 De Oversteek 19mei- 5 juni 2018
Door: Jos en Majo
Blijf op de hoogte en volg Jos en Majo
19 Juni 2018 | Portugal, Azoren
19 mei, anker op in Jolly Harbour, Antigua. De golven zijn bijzonder vervelend, stijl en op de kop en ondanks 2 riffen blijkt de wind harder dan ons lief is. Jonathan ramt in de golven, niet lekker voor de boot, niet lekker voor de bemanning. Tot overmaat van ramp doet de niveaumeter die de bilgepomp automatisch aanschakelt het niet meer. Majo gebruikt de eierwekker om regelmatig het waterniveau te meten en zonodig met de hand de pomp aan te zetten. Jos besluit bij Barbuda te ankeren. Maar 36 van de 2500 mijl afgelegd. Barbuda is nog steeds mooi, maar wij hebben daar geen oog voor; we zien op tegen de tocht die voor ons ligt. Terwijl Jos een nieuwe automaat monteert, zorgt Majo voor een feel good lunch. We proberen de sfeer niet te bederven, maar het heerlijke diner ‘s avonds voelt als een galgenmaal. In ieder geval kunnen we nu nog even goed slapen en wel tegelijk.
We zien geen fregatvogels, terwijl de grootste broedkolonie in de Noord-Atlantic hier is: heeft Irma ook die vernietigd? De schade in het stadje lijkt enigszins hersteld, hoewel het blauw van de afdekzeilen op diverse plaatsen te zien is. Een hotel dat al een paar jaar niet/nauwelijks in gebruik is, lijkt de dans ontsprongen. Zul je net zien....
20 mei.
We vertrekken voor de tweede keer: 3e rif in het grootzeil en de fok zo klein mogelijk. Onze ankerlier blijkt wel bereid het anker naar beneden te laten, maar niet om het op te halen. Met de hand mag Jos op pure spierkracht 40 m ketting ophalen. We liggen op 3,5 meter geankerd dus met wat hulp als Majo met de motor de druk van de ketting haalt, gaat dat hier wel. Maar op bijvoorbeeld 15 meter (à 3,5 kg/m) en een anker van 34 kg lukt dat niet meer met de hand. Goed, dat anker hebben we de komende 3 week niet nodig en op de Azoren lig je meestal in een marina, geen reden om terug te gaan naar Antigua.
Twee uur later halen we opgelucht adem: we zijn op diep water, de golven worden langer, de oostenwind is goed te doen. Koers 15 graden over bakboord, iets ruimer dan hoog aan de wind. Jonathan ligt mooi, maar er wippen wel regelmatig golftopjes de kuip in. Jos is zeeziek en braakt braaf aan lij. De galsmaak van het galgenmaal houdt hij ondanks goed spoelen lang op de lippen, maar hij draait gewoon zijn wachten.
21 mei
De eerste nacht is voor ons altijd het vervelendst, het voelt allemaal nog vreemd. De maan laat zich maar een paar uur zien, daarna moeten we het doen met sterrenlicht.
De eerste 3 dagen van een langere tocht moet je inslingeren. Je raakt gewend aan de beweging van de boot, je raakt gewend aan het ritme van de wachten, en slapen op vreemde tijden (Majo gaat om 8 uur ’s avonds 3 uur slapen) en het besef dat dit lang gaat duren. Het is een beetje angstig gevoel zo alleen in de grote oceaan, beducht voor storm en de zorg dat er dingen kapot gaan. De katten slapen en eten nauwelijks, Majo, die geen last van zeeziekte heeft, haalt bij de wachtwissel om 5.00 uur de eerste vliegende vis van het dek en pocheert die voor de katten. Op haar nuchtere maag, terwijl Jos op twee meter afstand lekker ligt te slapen. Als ze klaar is met het fileren mogen de katten weer los uit hun nachthok: aanvallen! De rest van de dag zien we ze even buiten, tot er een paar spetters op hun vacht komen: met doorslaande pootjes naar binnen. Het eerste etmaal tot 10.00 ’s morgens hebben we 182 mijl gedaan. Dat gaat lekker! We besluiten er een rif uit te gooien, maar als blijkt dat we niet harder gaan, zit het er twee uur later weer in. Mooi weer, een lekkere dag Caraïbisch zeilen!
22 mei.
We varen richting hogedruk gebied, de wind wordt geleidelijk minder. Een droomzee, prettige wind en een lekkere koers. Dat geeft vertrouwen, als het zo blijft.....Wat zeevogels, maar geen vliegende vis voor de katten. Die zie je nu wat vaker buiten en ze eten weer normaal. 174 mijl dit etmaal. Jos waagt zich aan een fruitontbijt en een avondmaal van yoghurt met muesli, maar braakt toch weer! Majo ziet er intussen uit als Pipi Langkous op leeftijd: haar normale kapsel waait teveel los.
23 mei
De rolfok wil in de vroege ochtend niet verder uitrollen. We zetten de val wat losser en dat lijkt de oplossing te zijn. 171 mijl dit etmaal en prachtige omstandigheden. De wind wordt minder en in 2 stappen ontreven we. Jos waagt zich aan 3 normale maaltijden en houdt die binnen. Majo haalt opgelucht adem: Jos is bepaald rustig te noemen als hij zeeziek is en ze begint behoefte aan gezeldschap te krijgen. We drinken zelfs een borreltje om het te vieren en we eten weer normaal.
24 mei
Weer eens vis als kattenontbijt. Afgelopen etmaal maar 134 mijl, maar wel heel aangenaam. Ook deze dag lichte wind - Jos kan nog wat klussen aan dek doen. Eindelijk zien we weer eens dolfijnen, een familiegroep zwemt een poosje met ons op.
We lijken de oceaan helemaal voor ons zelf te hebben. De navigatiecomputer staat meestal uit en uit de marifoon komt geen geluid. Maar als we op vaste momenten op het scherm kijken zien we vrachtschepen op de AIS. Ze wijken keurig voor ons uit, nog voor ze binnen zichtafstand zijn. Een Franse zeiltboot zien we zelfs anderhalve dag met onze ogen - om beurten ligt de één op kop tot de ander net weer een beetje betere wind heeft. Oproepen in het Engels voor een praatje heeft geen effect maar als Jos het in het Frans probeert antwoorden ze. De Fransen gaan noordelijker dan wij in de hoop meer wind te vinden. Op onze route liggen meer zeilboten die vanaf Martinique of Guadeloupe vertrokken zijn, maar meestal niet in zicht. Iedereen gaat naar de Azoren,meestalnaar Horta op Faial. De wind wordt steeds lichter: we varen tussen 2 en 3 knopen. We zetten de gennaker: 4 knopen. We moeten nog zo ver dat we de motor nog niet durven aan te zetten, maar na 2 uur stort de gennaker definitief in. Ok, nou is het genoeg: de motor aan!
25 mei
Bij de wisseling van de wacht om 5 uur s nachts komt er wat wind vanuit het zuiden: 11 knopen. Jos al in zijn blote kont helpt met gijpen voordat hij zijn bed in duikt. Met de genua sturen we met 6,5 knoop NNO. We hebben het afgelopen etmaal 152 mijl afgelegd. Het lukt steeds beter om met de radio Fritz’ bericht binnen te halen, net als dat van de Windsong, die een dag na ons van Sint Maarten is vertrokken. De zee is zo rustig dat we onze laatste jerrycans met water in de hoofdtank kunnen doen. Het logboek sluit die dag met ‘mooie dag, comfortabel’.
26 mei
’s Nachts valt de wind weer weg en ‘s morgens knijpen we met de vliegend gehesen gennaker er 4 knopen uit. 123 mijl. De wind draait naar het zuidwesten, waardoor wij kunnen loeven naar het ONO. Comfortabel is het wel en Majo heeft bevoorraad voor 4 weken, dus geen klagen. Prima koers ook om weer zelf brood te bakken. De temperatuur blijft overdag aangenaam,’s nachts trekt Jos een fleecejack aan. Dit is te doen. Uur na uur tikt het log de mijlen af.
27 mei
Een mooie nacht. De maan die elke dag een half uur langer schijnt gaat nu pas om 3.30 onder. ’s Morgens zonnig, een mooie zee met 1 meter golf maar geen wind. We hebben 50 mijl afgelegd. We dobberen hier met nog 1500 mijl te gaan, maar durven de motor niet aan te zetten. De furler rolt niet goed. Majo hijst Jos aan de gennakerval naar boven. Die ziet dat het blok gebroken is, waardoor de val om het blok gedraaid zit. Hij gaat een tweede keer naar boven en vervangt het blok. Toch draait de wartel niet lekker en terwijl hij bovenin de mast bengelt ziet hij dat de mantel van de dirk op twee plaatsen doorgeschavield is. De dynema kern is misschien nog heel maar dat is op die afstand niet te zien. Jos besluit de dirk, die bovenin de mast aan een sluiting vast zit te vervangen en als hij toch boven is de wartel van de furler te smeren. Er is vrijwel geen wind dus dat kan niet moeilijk zijn. We strijken het grootzeil omdat de enige lijn die hem naar de masttop kan hijsen de grootzeilval is. Maar zonder zeil op rolt Jonathan veel meer op de op zich kleine golven en Jos wordt aan de val in het rond geslingerd, net als een sloopkogel aan een ketting. Hij wordt tegen de mast gekwakt en rond de bakstagen geslingerd. Majo hoort zijn kreten van pijn en frustratie (door de bimini kan ze hem niet zien) en pas als ze de val dubbel heeft vastgezet kan ze het dek op en ziet ze Jos boven de zalingen swingen. Doodgriezelig! Ze ziet zichzelf al als weduwe. Geen foto! 5 min later staat Jos wit om de neus beneden met schaafwonden en blauwe plekken op armen en benen. Majo komt met de arnica zalf. ’s Avonds krijgen we Fritz’ bericht binnen; hij adviseert: motoren.
28 mei
De maan is ‘s morgens nog op als het al weer licht wordt. Die motor doet z’n best: 178 mijl. Jos gaat opnieuw naar boven aan de gennakerval. Het grootzeil laten we staan terwijl Majo recht tegen de golven in stuurt. Het lukt om de furler te smeren, die daarna probleemloos draait. De dirk moet het maar houden tot we in Flores zijn, Majo weigert Jos daarvoor zonder grootzeil nog eens op te hijsen.
Omdat we oostwaarts gaan schuiven we door de tijd: iedere keer als de zon om 4 uur is opgegaan zetten we de klok een uur verder. Zo lopen we al de helft van het tijdsverschil met de Azoren in. Maar ’t wordt ook kouder. Juni nadert: dekentje over ’s nachts!
29 mei
Daar is de wind eindelijk weer. 165 mijl. Majo die al twee nachten slecht geslapen heeft is hyper van moeheid. We hebben een krappe 1,5 dag gemoterd en er is weer wind. Joepie! Maar de pret duurt niet al te lang: de wind wakkert aan tot 20-25 knopen en we steken weer 3 riffen. We besluiten zuidoostelijker te sturen, vooruitlopend op het advies van onze router. Volgens hem komt er een depressie langs met pakweg een dag of 3 tot 5 meer wind. Onze prachtige noord-positie geven we weer op: we gaan zuidoost om beschaafde wind te houden. We lopen hard, 8 á 9 knopen, maar waar naar toe?
30 mei
Majo heeft gelukkig weer goed geslapen in haar twee wachten van 3 uur en pakt ’s middags nog 2 uur.
194 mijl. We hebben pijnlijke billen van de rodeo die we rijden, gezeten op een houten bank.
Wanneer we over bakboord varen kookt Majo met een band onder haar kont die aan de aanrecht vastzit. Afwassen doen we met z’n tweeen. Majo wast en Jos droogt en moet alles meteen in de kast zetten omdat het anders gaat vliegen. We voeren we mooie choreografie uit: Majo wast en swingt daarna opzij in haar band; Jos stapt daar buiten omheen en duikt dan in de kast naast haar om het droge kopje in veilgheid te stellen, waarna Majo weer terug swingt naar de afwasteil.
31 mei
De wind wordt ‘s nachts minder: 15-20 knopen. Lekker! ’s Morgens blijken we 199 mijl afgelegd te hebben. Jonathan rolt nog behoorlijk, maar Jos zet koffie met de filter. Die moet je constant vast houden, maar dan moet je wel opletten dat de koffie niet over de rand gulpt. Jos let niet op en brandt zijn hand omdat hij wel braaf de pot blijft vasthouden. Deze keer Aloë Vera zalf.
1 juni
Door de golven zijn er weer vliegvissen aan dek. Het rolt zo dat we geen koffie durven zetten. 203 mijl, een record deze reis. We varen inmiddels 120 mijl zuidelijker dan de 29e, maar het waait nog flink - niet de 35 knopen die de Windsong die nog noordelijker zit (en 450 mijl westelijker), te verstouwen krijgt. We zitten in de kuip weggedoken knus onder de uitstekende kap van de doghouse. Majo loopt naar achteren om naar de windvaan te kijken en merkt op: ‘altijd als ik mijn kop boven het maaiveld uitsteek krijg ik de volle laag”. En ja hoor, flatsch!
Fritz bericht ’s avonds: koers zetten recht naar Flores.
2 juni
182 mijl. We zien roze plastic zakjes drijven waar lucht in zit. Ze steken boven het water uit. Het zijn ‘Portugese oorlogschepen’, kwallen, die ‘zeilen’ door een luchtblaas die zo’n 15 centimer boven water uisteekt en hebben tentakels onder water die wel 4 meter lang kunnen worden. Die van ons zijn niet langer dan 50 centimeter (foto). Die tentakels kunnen - ook als ze afgebroken zijn - hevige jeuk en koorts veroorzaken en maken dat je naar een ziekenhuis moet. Zelfs als je je vislijn binnenhaalt moet je handschoenen dragen is het advies.
3 juni
We zitten in een koufront. ’s Nachts volledig oliegoed aan en ’s morgens gebakken eieren bij het ontbijt. 171 mijl. Een regenbui ontzilt een groot deel van de boot, da’s mazzel. Dat scheelt Majo een rondje ontzilten: niets is zo glad en glibberig als een handrail of bimini paal met zout erop.
4 juni
De maan is inmiddels zo veel later op dat we ‘m de hele nacht niet zien. 182 mijl afgelegd, maar we halen het niet Flores bij licht te bereiken. We zitten in een pikdonkere nacht om 24.00 uur bij de kust voor de wind met 3 meter golf. We zien de vuurtoren en het licht op het hoofd van de buitenhaven. Er is niet te veel wind en we willen voor de wind het ingetrokken grootzeil strijken. Maar dan begint het ineens te vlagen tot 34 knopen terwijl het zacht regent. Het lukt toch met pijn en moeite het grootzeil naar beneden te trekken. Jos’ bril beregent en het is moeilijk in het donker de geankerde boten in de buitenhaven te ontwaren. Onze ankerlier is nog kapot, maar ketting vieren gaat wel als dat in één keer lukt, want opnieuw ankeren kan niet. Het is 16 meter diep maar veel keus hebben we niet. De volgende dag zien we wel weer hoe we het anker eruit krijgen. Gelukkig het pakt. Om 1 uur in de ochtend rennen de katten over het dek en zitten wij te poe-poehen in de kuip. De fles bubbels die we hadden koud gezet blijft in de koelkast; we zijn te koud en te moe. Maar we zijn er! En het is beter gegaan dan verwacht! We rollen tevreden in bed (tegelijk en met een deken). Het log wijst na 16 dagen 2598 mijl aan.
OP BEZOEK KOMEN OF MEEVAREN
We willen tot in augustus op de Azoren blijven. Daarna naar Zuid-Europa.
ONS BEREIKEN
Gaat het makkelijkst via onze email josvanveen66@gmail.com of hendriksmajo@gmail.com, sms-en of WAppen. In Nederland bellen: Majo: + 31 655712122. Jos: +31 654201071
-
19 Juni 2018 - 20:15
Hary En Tiny De Schutter:
Dag helden,
Ik lees met rooie oortjes. Wat een verhaal: dit is afzien EN genieten. De verschrikkelijke zin: "we got him", is van toepassing: proficiat. Vergeef me, maar ik koppel jullie situatie aan de mijne: ik moet weer met chemo aan de slag. Ik beleef hetzelfde: afzien en dolblij zijn als de chemo echt aanslaat. Hiermee praat ik jullie ook bij over mijn situatie.
Lui, nogmaals proficiat en rust uit, jouw selffie, Marjo, maakte een verpletterende indruk op mij: pure kracht en sloopwerk. Kortom: jullie zijn wel echte MENSEN.
HOOP ECHT JULLIE TE ONTMOETEN BIJ TERUGKOMST thuis, dan kan ik zeggen ik ken mensen, die meer hebben afgezien dan die professionals van de Volvo Ocean Race, die dezer dagen in Scheveningen aankomt,
Tiny en Harry de Schutter. , Den Haag -
20 Juni 2018 - 06:50
Niels:
Majo en Jose wat een belevenis wederom. Nemen ze je nooit meer af. Goede reis verder! -
20 Juni 2018 - 09:04
Merel:
Prachtige verhalen Majo! Doet wel een beroep op je oerkracht zo'n avontuur. Ik vind het mooi om te lezen. Veel groeten,
Merel -
20 Juni 2018 - 18:43
Martin En Riëtte:
Wat een avontuur! Achteraf mooi om te vertellen, als je er in zit zal het iets minder mooi zijn.
De oversteek (met de ferry) van Frankrijk naar Engeland is iets korter en was minder heftig -
21 Juni 2018 - 10:48
Frans:
Na heel lang weer eens jullie verhalen gelezen (wanneer komt het boek uit?). De overtocht hebben jullie ook doorstaan, en nu genieten weer van wat rustiger aan doen. Dank voor de mooie verslagen en hartelijkr groeten
Frans
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley